Een voorstel van Zorginstituut Nederland over de bekostiging van insulinepomptherapie en de reactie daarop van het veld leidde enkele jaren geleden tot een intensieve stakeholdersdialoog over de kwaliteit van deze hoogcomplexe zorg. Op basis van consensus daarover heeft de NDF nu ook advies uitgebracht over de best passende manier van bekostiging.
Volgens NDF directeur Inge de Weerdt moet kwaliteit uitgangspunt zijn. “ZIN stelde destijds voor om de insulinepomp over te hevelen van hulpmiddelenzorg naar medisch specialistische zorg. We hebben ons toen als NDF op het standpunt gesteld dat een besluit over bekostiging alleen gebaseerd kan zijn op duidelijke afspraken over kwaliteit. De uitnodiging van ZIN om dat concreet te maken hebben we beantwoord met een NDF Stakeholdersdialoog Insulinepomptherapie, waarbij we alle stakeholders aan tafel hadden. Een intensief maar ook zeer productief traject.”
De ook door ZIN gesteunde dialoog resulteerde in 2015 tot het Nationaal Consensusdocument Kwaliteitscriteria Insulinepomptherapie, dat concrete eisen stelt aan alle betrokkenen bij insulinepomptherapie; patiënten, zorgverleners, behandelcentra, producenten, leveranciers en zorgverzekeraars. Dit jaar zijn onder de vlag van de NDF veldpartijen aan de slag gegaan met de ontwikkeling van instrumenten die de implementatie van de criteria faciliteren en de kwaliteit moeten borgen. In de loop van 2017 zullen behandelcentra die insulinepomptherapie aanbieden deze hoogcomplexe zorg moeten hebben ingericht op basis van de landelijk vastgestelde kwaliteitscriteria van het Consensusdocument.
De Weerdt: “Nu we zover zijn moet ook de vraag over bekostiging aan de orde komen. In het advies dat we naar ZIN hebben gestuurd staat de vraag centraal: heeft overheveling naar medisch specialistische zorg meerwaarde op de aspecten kwaliteit, doelmatigheid, toegankelijkheid en/of kosten van de zorg. Ons antwoord is nee. Laten we alsjeblieft geen energie verloren laten gaan aan een grote administratieve reorganisatie waar wel degelijk ook risico’s voor de kwaliteit aan verbonden zijn. Gesignaleerde risico’s betreffen bijvoorbeeld de beschikbaarheid en keuzevrijheid van pompen als gevolg van de budgettaire druk waarmee ziekenhuizen te kampen krijgen als de bekostiging overgeheveld wordt. Ook bestaat het risico dat overheveling zal leiden tot toenemende administratieve lasten bij het behandelteam waardoor er minder tijd over blijft voor het contact tussen behandelteam en patiënt en om het werken volgens de opgestelde kwaliteitscriteria te implementeren. Overheveling gaat volgens de NDF dus ook ten koste van de kwaliteit van zorg. De NDF adviseert om juist vol in te zetten op kwaliteitsverbetering door implementatie van de gestelde kwaliteitscriteria en we zijn er van overtuigd dat daarmee ook een positief effect op de andere aspecten wordt gerealiseerd.”
Binnenkort zal ZIN haar advies aan de minister formuleren, waarbij het advies van de NDF wordt meegenomen in de overwegingen. Vervolgens zal de minister beslissen, richtdatum is 1 januari 2017. De Weerdt: “Dit advies is het sluitstuk van een productief proces van samenwerking, in continue afstemming met ZIN. We hebben alle vertrouwen in een positieve afronding. Waarbij de belangrijkste winst natuurlijk is dat we nu duidelijke afspraken hebben over kwaliteit en de borging daarvan. Dat is wat telt voor de patiënt.”