Uitgangsvraag
Wat is het effect van flavonoïden/polyfenolen bij het risico op en de behandeling van diabetes?
Aanbevelingen
- Voor het gebruik van flavonoïden/polyfenolen worden geen aanbevelingen gedaan.
Toelichting
Er wordt veel onderzoek gedaan naar verschillende bronnen van flavonoïden of polyfenolen in verband met diabetes en de bloedglucoseregulering. Flavonoïden of polyfenolen zijn stoffen die we binnenkrijgen via groenten en fruit, maar ook via andere plantaardige producten zoals koffie. Omdat het een zeer grote groep van voedingsmiddelen omvat, is het verband tussen deze plantenstoffen met diabetes moeilijk aan te geven.
Bewijs - risico op en behandeling van diabetes
Flavonoïden/polyfenolen en het risico op diabetes
Een aantal observationele studies laat een lager risico zien voor mensen die veel polyfenolen binnenkrijgen [350-352]. Er is echter geen bewijs dat het nemen van supplementen met flavonoïden of polyfenolen het risico op diabetes type 2 ook verlaagt [353, 354]
Achtergrondinformatie
Adviezen uit andere richtlijnen
Nederland Gezondheidsraad 2015 | - |
Nederlandse Diabetes Federatie 2015 |
Het gebruik van supplementen met flavanolen of polyfenolen kan niet worden aangeraden. |
Verenigde Staten American Diabetes Association 2017 |
- |
Canada Diabetes Canada 2018 |
- |
Verenigd Koninkrijk Diabetes UK 2018 |
- |
Australië Diabetes Association of Australia 2018 |
- |
Resultaten literatuur
Polyfenolen en het risico op diabetes
- De systematische review van Nova (2020) onderzocht de effecten van peperwortelboomextract, dat rijk is aan polyfenolen, op het risico op diabetes. De weinige studies in mensen die zijn gedaan laten aanwijzingen zien dat dit extract te postprandiale bloedglucosespiegel kan verlagen. De conclusie van de review luidt echter dat er meer onderzoek nodig is om het verband met het risico op diabetes type 2 te onderzoeken [354].
- De meta-analyse van Guo (2019) onderzocht het verband tussen flavanolen en diabetes type 2. De inname van flavanolen, flavanolen, flavan-3-ols en isoflavonen via de voeding was geassocieerd met een lager risico op diabetes type 2 (respectievelijk RR: 0,86; 95%CI: 0,77 tot 0,97; RR: 0,91; 95%CI: 0,85 tot 0,98; RR: 0,90; 95%: 0,82 tot 0,99 en RR: 0,91; 95%CI: 0,84 tot 0,98). De dosis-responsanalyse toonde aan dat iedere 135 mg/dag van flavanolen (95%CI: 0,92, 0,96; P voor trend <0,001), iedere 50 mg/dag van flavanolen (95%CI: 0,88, 0,99, P voor trend = 0,021), iedere 68 mg/dag van flavan-3-ols (95%CI: 0,92, 0,96, P voor trend <0,001) en iedere 1,8 mg/dag van isoflavonen (95%CI: 0,92, 0,97, P voor trend < 0,001) waren geassocieerd met 6% vermindering van het risico [361].
- De systematische review van Koch (2019) geeft aan dat polyfenolen mogelijk geassocieerd zijn met een lager risico op diabetes type 2 [350].
- De systematische review van Del Bo (2019) onderzocht het verband tussen polyfenolen en verschillende gezondheidsfactoren. Sommige cohortstudies observeren een lager risico op diabetes type 2 bij mensen die veel flavanolen gebruiken, maar studies die kijken naar totale polyfenolinname vinden geen verband. Er is dan ook onvoldoende bewijs om een verband tussen polyfenolen en diabetes aan te geven [353].
- In de meta-analyse van Rienks (2018) worden 51 verschillende polyfenolen besproken. De vergelijking tussen het hoogste en laagste kwartiel van inname liet een inverse associatie zien met het risico op diabetes type 2 (HR: 0,56; 95%CI: 0,34 tot 0,93). Ook voor flavonoïden (HR: 0,88; 95%CI: 0,81, 0,96), flavanolen (HR: 0,92; 95%CI: 0,85, 0,98), flavan-3-ols (HR: 0,89; 95%CI: 0,81, 0,99), catechines (HR: 0,86; 95%CI: 0,75, 0,97), anthocyanidines (HR: 0,86; 95%CI: 0,81, 0,91), isoflavonen (HR: 0,92; 0,86, 0,97), daidzein (HR: 0,89; 95%CI: 0,83, 0,95), genistein (HR: 0,92; 95%CI: 0,86, 0,99), stilbenes (HR: 0,44; 95%CI: 0,26, 0,72), en biomarkers van daidzein (HR: 0,81; 95%CI: 0,66, 0,99) en genistein (HR: 0,79; 95%CI: 0,62, 0,99) lieten lagere risicoschatters zien [351].
- De systematische review van Coe (2016) laat zien dat koffieconsumptie in verband wordt gebracht met een lager risico op diabetes type 2, waarschijnlijk door de polyfenolen die in de koffie zitten. Ook bessen met veel polyfenolen hebben gunstige effecten laten zien [352].
Polyfenolen en de behandeling van diabetes
- De Cochrane review en meta-analyse van Jeyaraman (2020) geeft aan dat er te weinig bewijs is om de veiligheid van resveratrol bij mensen met diabetes type 2 aan te tonen. RCTs laten geen significante effecten zien op HbA1c (MD: 0,1%; 95%CI: -0,02 tot 0,2 [1,1 mmol/mol; 95%CI: -0,2 tot 2,2]) of nuchtere bloedglucosespiegel (verschil van 2 mg/dl; 95%CI: -2 tot 7 [0,1 mmol/mol; 95%CI: -0,1 tot 0,4]). Ook de insulineresistentie was niet verschillend wanneer een behandeling met resveratrol werd vergeleken met placebo (-0,35; 95%CI: -0,99 tot 0,28) [359].
- De meta-analyse van Rambaran (2020) geeft aan dat fenolen uit bessen geen effect hebben het HbA1c (verschil 0,31 mmol/mol; 95%CI: -0,24 tot 0,85) of de HOMA-IR (0,07; 95%CI: -0,09 tot 0,23) in vergelijking met een placebo bij mensen met diabetes type 2 of metabool syndroom. De nuchtere insulinespiegel was wel iets verhoogd (1,10µIU/mL; 95%CI: 0,69 tot 1,51), net als de postprandiale glucoseconcentratie (−0,92 mmol/L; 95%CI: −1.41 tot −0,42). Met een random-effect analyse was echter geen van alle verschillen significant [355].
- De meta-analyse van Zhao (2019) laat zien dat langere interventies (> 6 maanden) met resveratrol zorgen voor een lager triglyceridegehalte in het bloed van mensen met diabetes type 2 (−0,62 mmol/l; 95%CI: −1.04 tot −0,21). Voor kortere interventies en andere parameters werd geen effect gevonden [356].
- De meta-analyse van Palma-Duran (2017) geeft aan dat polyfenolen (in extracten, supplementen of uit voedingsmiddelen) gunstige effecten hebben op HbA1c. Bij mensen met en zonder diabetes werd in experimentele onderzoeken een gemiddelde daling in HbA1c gevonden van 0,53±0,12% [-5,8±1,3 mmol/mol]. De daling was significant bij mensen met diabetes type 2, maar niet bij mensen zonder diabetes [360].
- De meta-analyse van Guo (2017) geeft de effecten van supplementen met resveratrol op de bloedglucosespiegel en lipidenwaarden weer bij mensen met en zonder diabetes. Resveratrol zorgde bij mensen met diabetes in RCTS voor een significante daling van de nuchtere bloedglucosespiegel (-19,77 mg/dl; 95%CI: -38,54 tot -0,99 [-1,1 mmol/mol; 95%CI: -2,1 tot -0,1]) en totaalcholesterol (-25,82 mg/dl; 95%CI: -37,46 tot -14,18 [-0,67 mmol/l; 95%CI: -0,97 tot -0,37]). Bij mensen met diabetes type 2 werd ook een significante daling in diastolische bloeddruk gevonden (-6,47 mmHg; 95%CI: -10,38 tot -2,11 [357].
- De meta-analyse van Hausenblas (2015) onderzocht de effecten van resveratrol bij mensen met diabetes type 2. Het HbA1c was significant lager na de interventie (effect size 0,43; 95%CI: 0,10 tot 0,75; p<0,01), net als de systolische bloeddruk (effect size 0,58; 95%CI: 0,09 tot 1,06; p<0,05). De nuchtere bloedglucosespiegel, insulinewaarden, HOMA-IR en lipidenwaarden waren niet verschillend tussen de groepen die werden behandeld met resveratrol en placebo [358].