Uitgangsvraag
Wat is zelfmanagement?
Toelichting
Zelfmanagement is het omgaan met de symptomen en behandeling van diabetes, maar omvat ook de lichamelijke, psychische en sociale consequenties en bijbehorende aanpassingen in leefstijl zodat de aandoening optimaal wordt ingepast in het leven.
Zelfmanagement betekent ook dat mensen met diabetes zelf kunnen kiezen in hoeverre men de regie over het leven in eigen hand wil houden en richting wil geven aan hoe beschikbare zorg wordt ingezet, om een optimale kwaliteit van leven te bereiken of te behouden [568].
Voor wie geschikt
Zelfmanagement veronderstelt de aanwezigheid van kennis, inzicht, motivatie en vaardigheden bij de persoon met diabetes. Niet iedereen kan of wil zelf de regie nemen. Zorgverleners moeten hun educatie rondom voeding daarop afstemmen.
Uitgebreide informatie over zelfmanagement en zelfmanagementondersteuning als integraal onderdeel van de diabeteszorg is te vinden in de zorgstandaard van de NDF. Daarnaast geeft de algemene Zorgmodule Zelfmanagement informatie over zelfmanagement bij chronische ziekten.
Zelfmanagement bij insulineafhankelijke diabetes
Bij een grote groep mensen met insulineafhankelijke diabetes speelt medisch zelfmanagement een grote rol bij het bereiken van een goede bloedglucoseregulatie. Het gaat hierbij om het zelf controleren van bloedglucosewaarden, het toedienen van insuline en zo nodig aanpassen van de dosering en het aanpassen van voeding en/of beweging. Bij dit alles dient rekening te worden gehouden met schommelingen in bloedglucosewaarden; soort en hoeveelheid voeding, inspanning en stress. Dit zijn dagelijks terugkerende handelingen die ervaring en discipline vereisen en die zich buiten een medische setting en veelal in de thuissituatie afspelen. De persoon met diabetes moet hierbij voor het grootste deel van de tijd zelf zijn ziekte zien te managen.
Voedingsdagboek
Bij mensen met diabetes type 2 is de verhouding tussen koolhydraatinname en insulinebehoefte door de aanmaak van eigen insuline vaak minder duidelijk dan bij mensen met diabetes type 1. Aan de hand van het diabetesdagboek kan geanalyseerd worden of er een meer of minder grote marge in koolhydraatinname mogelijk is zonder dat de postprandiale glucosewaarde beïnvloed wordt [561].
Factoren die kunnen bijdragen aan zelfmanagement
Het doen van zelfcontrole geeft inzicht in het effect van voeding op de glucoseregulatie en draagt daarmee bij aan zelfmanagement van diabetes.
Meten van de bloedglucosespiegel
Het meten van de bloedglucosespiegel kan meer inzicht bieden in de factoren die glucosewaarden bepalen en kan op die manier mogelijk de bloedglucoseregulatie verbeteren [582].
Recente meta-analyses en systematische reviews van RCTs en cohortstudies concluderen dat mensen met diabetes type 2 die continue (real-time) glucosemonitoring gebruiken, een betere glucoseregulatie hebben dan mensen die vier keer per dag hun bloedglucosespiegel maten, ook bij mensen die geen insuline gebruikten [583, 584]. Daarnaast is er sprake van een daling in de tijd die men doorbrengt in hypoglykemie [584]. Voor mensen met diabetes type 1 die ouder zijn dan 15 kan continue (real-time) glucose monitoring ook voor verbeteringen in HbA1c zorgen [585].
Flash-glucose monitoring (FGM)
Recente meta-analyses en systematische reviews naar flash-glucose monitoring (FGM) geven aan dat ook deze methode, ten opzichte van vingerprikken, voor verbeteringen in HbA1c en de kwaliteit van leven kan zorgen van mensen met diabetes type 1 [586, 587]. Een Nederlands onderzoek laat zien dat het gebruik van FGM bij mensen met diabetes type 1 of 2 die insuline gebruiken, geassocieerd is met betere glucoseregulatie en kwaliteit van leven [588]. Daarnaast laten reviews uit Groot-Brittannië en Zweden zien dat deze methode bij mensen met diabetes type 2, in vergelijking met traditionele zelfmonitoring, een kosteneffectieve verbetering is [589, 590].
Sinds 10 december 2019 kunnen mensen met intensieve insulinetherapie aanspraak doen op een flash glucosesensor (FGM), vergoed vanuit het basispakket van de Zorgverzekeringswet. De komst en vergoeding van deze en andere vormen van zelfmonitoring dragen bij aan het bevorderen van zelfregulatie en zelfmanagement door inzicht in TIR-waarden [582-582]. De NDF heeft recentelijk een consensusdocument met kwaliteitscriteria voor optimale en doelmatige inzet van FGM en CGM gepubliceerd. Dit document is te vinden op de website zorgstandaarddiabetes.nl.
Digitale systemen
Naast deze sensoren bestaan er steeds meer digitale systemen die bij kunnen dragen aan betere grip op diabetes. Steeds meer zorgverleners gebruiken bijvoorbeeld digitale systemen waarin ze met patiënten kunnen communiceren, informatie kunnen delen of waardes in de gaten kunnen houden. Voorbeelden van zulke platformen zijn e-Vita en Diabetescoach van MijnGezondheidsPlatform.
Daarnaast zijn er ook verschillende apps en websites speciaal ontwikkelt voor mensen met diabetes. Deze apps kunnen bijvoorbeeld helpen bij het bijhouden van bloedglucosewaarden, bloeddruk, Hb1Ac en insuline en mensen kunnen daarnaast vaak invoeren wat ze hebben gegeten. Sommige apps bieden de mogelijkheid om een bloedglucosemeter te koppelen. Op de website van de Digitale Zorggids is een overzicht te vinden van verschillende apps en websites.
Bij veel apps en websites worden naast persoonsgegevens ook medische gegevens verzameld. Bij apps die niet uit Nederland afkomstig zijn, valt het verzamelen van deze persoonsgegevens niet onder de Nederlandse privacywetgeving.
In 2018 heeft het RIVM onderzoek gedaan naar de veiligheid van apps als medische hulpmiddelen [591]. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat veel gezondheidsapps niet CE-gecertificeerd zijn, waardoor ze niet als veilige medische hulpmiddelen kunnen worden gecertificeerd. De nieuwe regelgeving voor medische hulpmiddelen die in 2020 in werking treedt, moet het makkelijker maken om informatie te vinden over de veiligheid van medische hulpmiddelen, waaronder software.